Fruitteelt & landbouw Mens & samenleving Natuur & landschap

De slag om Haagsmeer

25 maart 2021 Borgloon 2148

Haagsmeer is een oer-Haspengouws landbouwgehucht, ontkiemd tussen Wellen (Vrolingen), Borgloon (Gors-Opleeuw & Kerniel) en Kortessem. De laatste maanden en jaren komt het stille Haagsmeer geregeld in het nieuws. In deze blog wil ik de historische feiten en de huidige toestand genuanceerd ontleden en ook een oplossing aanreiken. Aan het eind van het verhaal kom ik tot de volgende onthutsende conclusie: was de kasteelheer van Mettecoven in de 18de eeuw minder milieubewust geweest en had hij toen zijn kasteelbos volledig in landbouwgrond omgezet, dan zou er nu geen vuiltje aan de Haagsmeerlucht zijn! 

De toestand ca. 1777 volgens de Ferrariskaart

Het landbouwgehucht Haagsmeer is een product van het Haspengouws kastelenlandschap en in vergelijking met de meeste andere Haspengouwse dorpen en gehuchten een jonge nederzetting. Het ontkiemde tijdens de tweede helft van de 18de eeuw op initiatief van het adellijk geslacht van Mettecoven dat tot aan de Franse Revolutie (1794) op de nog steeds bestaande kasteelsite van Opleeuw resideerde. De Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden –in de wandelgangen meestal de Ferrariskaart (foto) genoemd – toont de landschappelijke toestand omstreeks 1777.

Het noordelijk deel van het heerlijk kasteelbos is dan kennelijk gerooid en omgezet in akkerland. In een groen decor van vochtige weilanden en bossen gedijen twee ‘rode’ vlekken … nog naamloze landbouwcomplexen.  Vlak bij de compacte vierkanthoeve in het zuiden ontwaren we een in vijf armen uitstralend drevenpatroon, een typisch folieke in 18de-eeuwse kasteelbossen (vaak galopdreven). Een steenworp verder noordwaarts, aan de rand van het bos, staan twee kleinere vierkanthoeven, één aan elke kant van de weg. Een brede, kaarsrechte dreef verbindt de landbouwuitbatingen met het kasteel van Opleeuw. We lezen geen toponiemen –noch van het gehucht en het bos, noch van de individuele hoevecomplexen–, wat ons doet vermoeden dat het toen heel recente creaties waren. Wel benoemd is het ietwat oudere (1762) ‘Chateau de la Belle Vue’ (thans ‘Kasteel Belle-Vue) aan de oostrand van het boscomplex. Dit optrekje was destijds het jachtpaviljoen van het kasteel Gorsleeuw … dé blikvanger in de stille dorpskom van Gors-Opleeuw.

Evolutie tijdens de 19de eeuw

In de Atlas der Buurtwegen (1844) wordt de grote vierkanthoeve ‘Ferme de baron de Woelmont’ genoemd. Bij het noordelijk complex staat de naam ‘Ferme de Le Capitaine’. De boerderijen dragen de naam van hun toenmalige eigenaars. Dat geldt overigens ook voor het middeleeuws kasteel van Opleeuw dat ‘Chateau du baron de Woelmont’ wordt genoemd. Op een kaart uit het midden van de 19de eeuw vernemen we dat deze Woelmonthoeve de verwerking van suikerbieten (‘distillerie des betteraves’) als economische nevenactiviteit heeft. De agrarische gebouwen van Haagsmeer hebben dus bouwkundig een 18de -eeuwse kern in vakwerk maar werden, onder impuls van het kantelmoment ‘industriële omwenteling’ aangepast en uitgebreid. In die tijd mochten de boeren zich –zonder protest van de buurtbewoners!– nog aanpassen aan gewijzigde economische en structurele omstandigheden. Zo waren er ook geen protesten tegen de bouw van een wagenloods buiten het erf van de Woelmonthoeve en de algehele ‘opruiming’ van het 18de-eeuws drevenpatroon.

Evolutie na het kantelmoment ‘1958’

Na het kantelmoment ‘1958’ –een injectie met dramatische gevolgen voor de authenticiteit van het landschap in Vochtig-Haspengouw– bleef het agrarisch gehucht Haagsmeer als een enclave nagenoeg ongeschonden. De open ruimte van Haagsmeer is –louter en alleen met dank aan de ‘landbouw’ en de landbouwer!– een relictlandschap van bovenlokaal belang: het werd met zorg en toewijding op de kaart gezet en vervolgens plichtsbewust gekoesterd en onderhouden door generaties landbouwers. Op naoorlogse NGI-kaarten (foto) hebben de hoevecomplexen ook Vlaamse namen – ‘Oude Winning’ (voorheen Ferme du baron de Woelmont) en Kasteelhoeve Haagsmeer (eertijds Ferme de le Capitaine) –, maar dit doet geen afbreuk aan hun historische en landschappelijke waarde. En dit geldt a fortiori ook voor de recente accentverschuivingen.  Overeenkomstig het algemeen mechanisme van de ‘schaalvergroting’ gebeurden in Haagsmeer omstreeks 1985 enkele noodzakelijke aanpassingen om als landbouwbedrijf te kunnen overleven en de zorg voor het agrarisch landschap te consolideren.

De Oude Winning (foto) integreerde een nieuwe vleugel, ingericht als koestal, in het oudere gebouwencomplex en werd zo een economisch leefbaar, computergestuurd melkveebedrijf met ca. 120 runderen. Omdat deze activiteit –mede omwille van de té lage melkprijzen en de ongelijke strijd met veel grotere melkveebedrijven– onrendabel werd, gebeurde er een vijftal jaar geleden een reconversie naar het opfokken van kalveren. En ten noorden van de kasteelhoeve Haagsmeer kreeg het jong boerengezin Haesen-Hargot –volkomen terecht– de toelating én vergunning voor de bouw van een eigentijdse boerenvilla annex loodsen voor het kweken van varkens. Om te overleven moderniseerde Haagsmeer … met respect voor het verleden en een knipoog naar de toekomst!

Nu: Stop de landbouw in Vochtig-Haspengouw!

Om hun landbouwbedrijf economisch leefbaar te houden en de bedrijfsopvolging te verzekeren –het gaat hier om gemotiveerde mensen met een duurzame toekomstvisie!– diende de familie Haesen-Hargot in 2014 een aanvraag in voor de uitbreiding van hun veehouderij in Haagsmeer. Hierin beargumenteerden ze, met het advies van milieudeskundigen en wetenschappers, de bouw van een nieuwe varkens- en kippenstal. Eenmaal zo ’n dossier samengesteld, begint de complexe Belgische carrousel –op zijn dooie gemakje weliswaar– te draaien. Eerst is de gemeente, daarna de provinciale bestendige deputatie aan zet. Hun deskundigen (!) kunnen het dossier goedkeuren of afwijzen. Bij afkeuring kan de landbouwer het dossier aanpassen en opnieuw indienen. Wanneer de ‘provincie’ uiteindelijk instemt, verhuizen de paperassen naar de Vlaamse administratie en nemen de gekleurde (en in de lange loop van het proces vaak ‘verkleurde’) kabinetten van de bevoegde ministers (landbouw, omgeving, …) een beslissing. Bij eventuele goedkeuring kunnen de ‘anti-landbouwers’ –in casu een lokaal actiecomité als dekmantel voor Natuurpunt vzw– beroep aantekenen bij de ‘Raad van Vergunningsbetwistingen’ … een grijze muis die aan niemand verantwoording verschuldigd is. Ziehier de meest recente stand van zaken in het dossier Haesen-Hargot. Op 20/12/2020 keurt de Bestendige Deputatie van Limburg de uitbreiding van ca. 2000 naar 3971 varkens goed omdat “er geïnvesteerd wordt in nieuwe technieken van Biobed waarbij de ammoniakuitstoot en de geuroverlast sterk gereduceerd worden”. De aanvraag voor een nieuwe kippenstal met een capaciteit van 90 000 dieren wordt echter, tegen het gunstig advies van de stad Borgloon in, geweigerd. Op 24 februari 2021 volgt dan het inmiddels befaamde stikstofarrest –foei, wat heeft die beslissing al veel fijn stof doen opwaaien– waarbij ook de plannen voor een nieuwe kippenstal in het naburige Kortessem in de prullenmand gekieperd worden. Want ook, zo staat in dit arrest, kippenstallen stoten ammoniak (stikstof) uit en bedreigen het voortbestaan van het naburige Belle-Vuebos … een Europees Natura2000-gebied. In de marge van dit arrest vernemen we ook dat ‘het actiecomité’ tevens in beroep gaat tegen de eind 2020 goedgekeurde uitbreiding van het varkensbedrijf Hasen-Hargot.

De slag om Haagsmeer

Ik ben geen scheikundige en wens me dan ook niet te mengen in de Vlaamse stik- en zuurstof debatten.  Maar ik ben wel een geograaf met een portie gezond boerenverstand.  De schaalvergroting in de landbouw waarbij keuterboeren de strijd tegen steeds groter wordende landbouwbedrijven verloren, is nu eenmaal het logisch gevolg van de kettingreacties die het kantelmoment ‘1958’ veroorzaakte. L,m-a: “Wie hier niet van profiteerde, werpe de eerste steen (Joh 8:7)!” Nu de landbouw, tot nader order nog steeds onze levensnoodzakelijke ‘primaire sector’, aan banden leggen zonder fundamentele ingrepen in alle andere domeinen, is zonder meer laf én oerdom. Bijna alle landbouwgronden in Vochtig-Haspengouw zijn inmiddels opgeofferd aan woonuitbreiding en vaak bewoond door mensen die beweren dat landbouw stinkt. En de open ruimte Haagsmeer verkavelen in kleinere percelen met dito hoevetjes is landschappelijk en bedrijfskundig onverantwoord. Haagsmeer lijkt meer en meer op een familiedrama: 250 jaar geleden werd de landbouwuitbating gesticht na het rooien van een portie kasteelbos; nu moet, volgens de actievoerders, de landbouw wijken om wat er nog overblijft van het kasteelbos te redden. Of wil Natuurpunt vzw met de steun van Miss Moeial Haagsmeer herbebossen en de historische stichting van de families van Mettecoven en de Woelmont ongedaan maken? Zijn ze er zich terdege van bewust dat het veelal, omwille van de aanwezigheid van een hardnekkige Rupeliaankleilaag net onder het maaiveld, zeer natte bodems zijn waar jaarlijks wekenlang de watertafel tot boven het maaiveld reikt? De meeste bomen gedijen niet op zo’n natte bodems behalve canadapopulieren, maar die zijn dan weer ongewenst omdat de humificatie van hun bladeren te veel stikstof oplevert tot groot jolijt van brandnetels en bramen. Op recent gepubliceerde kaarten omtrent de uitstoot van stikstof in Vlaanderen kleurt Haspengouw absoluut niet rood, integendeel zelfs. Bloedrood daarentegen zijn de Antwerpse Noorderkempen en Zandig Vlaanderen … voormalige heidegebieden op schrale zandgronden die dankzij de industriële omwenteling en het kantelmoment ‘1958’ landbouwgebieden met megastallen geworden zijn. En toch wordt, uitgerekend naar aanleiding van het voortbestaan van de landbouw in de vanouds traditionele landbouwstreek Haspengouw, een Vlaams stikstofarrest uitgevaardigd. De geschiedenis herhaalt zich blijkbaar: de Haspengouwse bevolking werd in het verleden meermaals geruïneerd door veldslagen tussen externe ‘grootmachten’: de slag van Montenaken (1465), de slag van Brustem (1467), de slag van Lafelt (1747), … En nu is Haagsmeer blijkbaar het slagveld van de oorlog tussen Natuurpunt en de landbouw!  Aan U de keuze: kippen- en varkensvlees uit lokale landbouwbedrijven (zonder hormonen, met strenge controles, …) of ingevoerd vlees geproduceerd in giga-megastallen in de VS, Zuid-Amerika of China waar controle vaak ontbreekt!

Haagsmeer, een historisch erfgoedlandschap van bovenlokaal belang

In feite is ook de strijd tussen Natuur en Landbouw een gevolg van het kantelmoment ‘1958’. Voordien leefden onze voorouders –de meesten waren trouwens landbouwers: mijn grootvaders waren molenaar en varkenskoopman, ik ben fier op hen!– in harmonie met de natuur. Laat daarom de ‘slag om Haagsmeer’ een opportuniteit zijn tot nauwe samenwerking tussen de antagonisten. Geef de onderzoekers, wetenschappers en technici het broodnodige vertrouwen om het hedendaags landbouwproces maximaal milieuvriendelijk te ondersteunen. Dat kan! Neutraliseer de uitstoot van schadelijke stoffen, van welke aard dan ook. Laat een onafhankelijke instelling ter plaatse continu het stikstofgehalte en alle andere levensbedreigende ‘waarden’ meten. Communiceer deze waarden maar manipuleer ze niet en ruk ze ook niet uit hun landschappelijke context. Gebruik hierbij geen procenten als algemene norm, maar absolute hoeveelheden. Openheid is dé hoeksteen van elke constructieve samenwerking. Spreek duidelijke grenzen af en respecteer deze wederzijds. Zie het continu verbeteren van deze waarden als een uitdaging en een overwinning. Dien gezamenlijk een plan voor de bouw én exploitatie van een winkeltje-annex-onthaalcentrum-in-streekeigen-vakwerk waar o.m. de actievoerders landbouwproducten (varkensvlees, kippenvlees, melk en alle andere duurzame streekproducten) aan de plaatselijke bevolking en de toeristen –Haagsmeer ligt immers op het fietsroutenetwerk – verkopen. Gebruik de winsten hiervan om lokale natuurprojecten te financieren. Haspengouw, toon de rest van Vlaanderen tot wat een respectvolle samenwerking in staat is! In een paginabreed charmeoffensief in de weekendkrant van 13-14 maart jl. biechtte Miss Moeial het volgende op: “Wij waren in het verleden zeer goed in het vooruitschuiven van de problemen”. Eén dag later (15 maart 2021) besliste de Vlaamse Regering waarin Miss Moeial meerdere zitjes bekleedt, dat ‘tegen 2030 het teveel aan stikstof dat neerslaat op waardevolle natuur met de helft moet dalen’. Hoe lang zal de publieke opinie zo ’n wanbestuur nog tolereren?

Naast zijn iconische waarde als traditioneel agrarische landbouwnederzetting is Haagsmeer ook een geografisch mega-unicum. Nergens elders in Vlaanderen is de structurele reliëfsprong tussen Laag- en Midden-België duidelijker zichtbaar dan in het decor van Haagsmeer. Hier ontplooit zich in één oogopslag de geologische essentie van Haspengouw: de transitie van meer erosiegevoelige zand- en kleilagen in het noorden (Vochtig-Haspengouw) naar hardere krijtlagen in het zuiden (Droog-Haspengouw). Het betreft, in loco Haagsmeer, een niveauverschil van ca. 30 meter tussen de terreinhoogte van de in deze blog besproken landbouwbedrijven en het straatgehucht Opleeuw. Integreer daarom in het toekomstig hoevewinkeltje een plaats voor didactische landschapsinfo en een eenheidstafeltje, waar je o.m. kan intekenen voor een educatieve en constructieve wandeling onder leiding van een landbouwdeskundige, een natuurgids (met focus op het Belle-Vuebos) en/of landschapsgids met een geotoeristische kijk.

 

Lapis, mors-abolescens.
25 maart 2021


Scroll to Top
Scroll to Top